Aantekeningen Business intelligence (BI-5): Business alignment

Business alignment perspectieven:

  1. organisatorisch: geheel aan mensen, middelen, taken en verantwoordelijkheden is erop gericht systematisch informatie te verzamelen, analyseren en verspreiden tbv strategievorming van een organisatie
  2. technologisch: verzamelen van zoveel mogelijk informatie en het analyseren en rapporteren hiervan mbv informatieverwerkenden systemen om intelligente beslissingen te kunnen nemen voor de bedrijfsvoering.

Doel: ontwerpen datawarehouse om strategische managementvragen te beantwoorden

  • ondersteuning van de besluitvorming
  • betere prestaties
  • concurrentiepositie verbeteren

Business intelligence is een cyclus, geen eenmalig project: verzamelen → analyseren → toepassen → etc

Ambities (CEBIT):

  1. begrijpen – operationele processen;
  2. coördineren – processturing;
  3. verbeteren – processen efficiënter/effectiever maken;
  4. innoveren – processen opnieuw inrichten.

Producten aan business kant:

  • query – ad hoc vragen;
  • rapportage – periodieke management informatie;
  • dashboard – overzicht van prestatie indicatoren;
  • OLAP – interactief dashboard;
  • data-mining – verbanden zoeken door algoritmes.

Missie/visie → product-/marktcombinaties

Business intelligence: informatie die de besluitvorming ondersteunt

  • minder tijd voor besluitvorming
  • complexe managementinformatie
  • dichten informatiefkloof:
    • tijd om beslissingen te nemen is korter → informatie verwerken voor besluitvormers;
    • tijd om informatie te verkrijgen is langer → continu gegevens vezamelen.
  • sneller aanleveren
  • presenteren als intelligence
  • filteren op strategische relevantie
  • tools voor analyse
  • data voorbereiden op analyse
  • van tevoren verzamelen

Do’s & don’ts

Don’ts:

  1. BI gebruiken voor afrekenen;
  2. ter controle en verantwoording;
  3. alleen verklaring zoeken voor bepaalde trends;
  4. niks doen met uitkomsten.

Do’s:

  1. stimuleren en coachen, dialoog aangaan;
  2. toekomst- en actiegericht werken;
  3. verklaringen vertalen naar conclusies en acties;
  4. continu verbeteren.